DE FAMILIE DER LIEFDE

In de roman gebruik ik deze term voor het geheime genootschap waartoe mijn hoofdpersonage Beer wel én niet behoort. De echte benaming was het ‘Huysgezin der Liefde’ of het ‘Huys der Liefden’. In Engeland stonden ze bekend als ‘Familia Caritatis’ …

In de roman gebruik ik deze term voor het geheime genootschap waartoe mijn hoofdpersonage Beer wel én niet behoort. De echte benaming was het ‘Huysgezin der Liefde’ of het ‘Huys der Liefden’. In Engeland stonden ze bekend als ‘Familia Caritatis’ of de ‘Family of Love’ en de leden waren ‘Familists’.

We weten bijzonder weinig over deze mystieke, religieuze beweging die in 1539 werd opgericht door Hendrik Niclaes (1502-1580), een Duitse handelaar die een tijd in Amsterdam en in Emden heeft gewoond alwaar hij zakelijke contacten onderhield in zowel de Lage Landen als Engeland. Als kind kreeg hij religieuze visioenen en op vijfentwintigjarige leeftijd werd hij beschuldigd van godslastering en in de gevangenis geworpen. Ook in Amsterdam kwam hij regelmatig in de moeilijkheden en werd onder meer beschuldigd van deelname aan de Rebellie te Münster (zijn geboortestad) waar radicale wederdopers tussen 1534 en 1535 van de stad een religieuze commune trachtten te maken. 
De leer van Niclaes was ongetwijfeld beïnvloed door het anabaptisme of de wederdopers. Niclaes beweerde dat de Geest superieur was aan de Bijbel en dat God tegen ieder van ons kon spreken. Niclaes tekende zijn geschriften vaak met zijn initialen ‘H.N.’, waarmee hij aangaf de ‘homo novus’ te zijn, de ‘nieuwe mens’ die wars van alle dogma’s Gods waarheid bracht zodat iedereen de weg naar de spirituele verlichting vond en zich zo kon voorbereiden op een ‘Nieuw Jeruzalem’ waar elk ritueel of ceremonie betekenisloos zou worden en men zich kon verenigen met God. Niclaes maakte hierin geen onderscheid tussen Christenen, Joden of Moslims.

De beweging genoot bijval bij intellectuelen, kunstenaars, rijkere handelaren en drukkers. In de buitenwereld onderwierpen ze zich aan het gezag, maar onder elkaar spraken ze vrijuit. Niclaes onderhield goede contacten met de Antwerpse drukker Christoffel Plantijn (1520-1589) die clandestien zijn werk drukte, zoals Den spigel der gerechticheit (1556). Bij gebrek aan bewijzen blijft deze connectie gecontesteerd. Men spreekt in dit verband wel eens van een ‘onzichtbare kerk’ van gelijkgezinden, een concept dat ook al opdook in de vroege geschriften van Erasmus (1466/1469-1536) of in het werk van de radicale hervormer en vrijdenker Sebastian Franck (1499-1542). 
In zijn boek, The Family of Love (1981), spreekt Alistair Hamilton over een ‘masonic bond’ waarbij hij aangeeft dat de beweging een voorloper zou kunnen zijn van de vrijmetselarij: 

(…) there was also a masonic bond which tied the various members of the sect to one another and which could produce assistance of economic and other kinds whenever one of the members found himself in difficulties. This masonic bond had the great advantage of extending over confessional barriers. Even if many of the members of the Family of Love were Catholics at heart, some of them had started as Anabaptists, while others were sympathetic to Protestantism. (Hamilton 1981, 69)

Hamilton heeft het ook over de geest van het humanisme die belangrijk zou zijn voor de Familieleden waardoor ze meer geneigd zouden zijn geweest om de gehoorzaamheid te nuanceren of zelfs te negeren die leider Hendrik Niclaes van zijn leden eiste: 

The politique Familists overlooked the prophet’s objections but found in his writings an admirable apology for simulation. Something similar happened where humanism was concerned. Those humanists connected with the Family of Love were, more often than not, politiques in their religious policy. But as humanists they were also prepared to overlook Niclaes’ insistence on obeisance to his person in favour of the ideal of concord so fundamental to his doctrine. (Hamilton 1981, 73)

De cartograaf Abraham Ortelius (1527-1598), en kunstenaars zoals Joris Hoefnagel (1542-1600) of Pieter Bruegel de Oudere (1525/1530-1569) worden vaak bij de beweging gerekend op basis van inhoudelijke verwantschappen en vriendschapsverbanden. 

Het belangrijkste symbool van het Huis der Liefde was het hart. In zijn essay over Abraham Ortelius omschrijft Giorgio Mangani de symboolwaarde ervan als volgt: 

For the Familists and often for other sixteenth-century religious movements, the heart represented the place of moral choice and the seat of illumination. God’s answer to the calls from the faithful made in simplicity and good will was to fill the heart with charity, genesis of earthly beatitude and of eternal salvation. (Mangani 1998, 60)


In 1564 werd het eerste cartografische werk van Ortelius uitgebracht: een koperen plaat waarop een wereldkaart in de vorm van een hart wordt weergegeven. Mangani geeft aan wat de betekenis hiervan is: 

The portrayal of the ‘perfect’ solid form of the terrestrial globe on a flat surface in correct proportion had considerable philosophical significance. The human heart, vital center of human ethical choice was also the source of the body’s blood which describes a circle as it moves around the body. The circulation of the blood coincides with that of the soul or vital spirit and is as perfect in its circularity as is the movement of the heavenly spheres. In this way, the heart is a human microcosm, at the center of the universe. In the same way that the heart is the seat of divine impulse and the spirit of charity, so the earth, in the center of the universe is the place where humanity has to demonstrate ethical choice and witness faith in a constant exchange between spirit and matter. (Mangani 1998, 66).

Vanaf het moment dat de Spaanse troepen de Lage Landen trachtten te bezetten trokken aardig wat Familieleden naar Engeland waar ze bekend geraakten als ‘Familists’ en waar ze nog actief bleven tot aan het begin van de achttiende eeuw. In de jaren 1580 geraakte bekend dat zelfs de lijfwachten van koning Elisabeth I, de zogenaamde Yeomen of the Guard, allemaal familisten waren, wat een hoop onrust veroorzaakte, maar zonder dat de koningin ingreep. Er ontstond ook een scheuring in de beweging, maar ook dat speelde zich af na de gebeurtenissen die in Wildevrouw worden beschreven. Een zekere Hendrik Jansen van Barrefelt (1520-1594) sloot zich aan bij het Huis der Liefde, maar kreeg in 1573 een visioen waarna hij zich met ‘Hiël’ liet aanspreken en een eigen beweging begon. Het zou kunnen dat Christoffel Plantijn zich daar toen bij aansloot en dus een ‘hiëlist’ werd.

Maar niks is zeker wat deze raadselachtige beweging betreft…


Selectieve lijst van bronnen

Boumans, René. “The religious views of Abraham Ortelius” Journal of the Warburg and Courtauld Institutes 17 (1954): 374-377.

De Keyser, Joey. Vreemde ogen: een kijk op de Zuidelijke Nederlanden 1400-1600. Antwerpen: Meulenhoff/Manteau, 2010.

De la Fontaine Verwey, Herman. “Het Huis der Liefde en zijn publicaties” In Humanisten, dwepers en rebellen in de zestiende eeuw. Uit de wereld van het boek I, 85-112. Amsterdam: Nico Israel, 1975.

De la Fontaine Verwey, Herman. “The Family of Love”. Quaerendo 6, 3, 219–271.

Hamilton, Alastair. The Family of Love. Cambridge: James Clarke & Co, 1981.

Hamilton, Alastair. “The Family of Love in Antwerp” Bijdragen tot de geschiedenis 70 (1987): 87-96.

Konnert, Mark. “The Family of Love and the Church of England”. Renaissance and Reformation / Renaissance et Réforme, 15, 2 (1991): 139-172.

Lampo, Jan. Gelukkige stad: De gouden jaren van Antwerpen (1485-1585). Amsterdam: Amsterdam University Press, 2017.

Lampo, Jan. Jan Lampo: Blog over literatuur, geschiedenis en Antwerpen. Laatste toegang 20 november 2020, https://janlampo.com

Mangani, Giorgio. “Abraham Ortelius and the hermetic meaning of the cordiform projection”. Imago Mundi: The International Journal for the History of Cartography 50, 1 (1998).

Mangani, Giorgio. Bruegel and Ortelius: Space as cognitive system. Academia. Laatste toegang 20 november 2020, https://www.academia.edu/30976119/BRUEGEL_AND_ORTELIUS_SPACE_AS_A_COGNITIVE_SYSTEM

Manusov-Verhage, Clasina G.. “Hermes, Plantijn en het Huis der Liefde”. In Gilles Quispel (red.). De Hermetische Gnosis in de loop der eeuwen. Baarn: Tirion, 1992: 356-382.

Marnef, Guido. Antwerpen in de tijd van de Reformatie: ondergronds protestantisme in een handelsmetropool 1550-1577. Antwerpen: Meulenhoff/Kritak, 1996.

Moss, Jean Dietz. “‘Godded with God’: Hendrik Niclaes and His Family of Love” Transactions of the American Philosophical Society 71, 8 (1981): pp. 1-89.

Nuti, Lucia. “The World Map as an Emblem: Abraham Ortelius and the Stoic Contemplation.” Imago Mundi, 2003. Academia. Laatste toegang 20 november 2020, https://www.academia.edu/11074744/The_World_Map_as_an_Emblem_Abraham_Ortelius_and_the_Stoic_Contemplation

Smout, Nicolette. “The Family of Love (Huis der Liefde) and the Dutch Revolt.” Britain and The Netherlands, 7. Springer: Dordrecht, 1981.

Temple, Richard. Pieter Bruegel and the esoteric tradition. onuitg. doc. verh. University of Wales, 2007.

Valkema Blouw, Paul. “Plantin’s betrekkingen met Hendrik Niclaes”. De Gulden Passer 66-67 (1988-1989): 122-162.

Valkema Blouw, Paul. “Was Plantin a member of the Family of Love? Notes on his dealings with Hendrik Niclaes”. Quaerendo 23 (1993): 3-23.

Valkema Blouw, Paul. “Geheime activiteiten van Plantin, 1555-1583”. De gulden passer 73 (1995): 5-36.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Trackbacks and Pingbacks